Hoge doses chemo zullen meer kankercellen doden, maar deze doses zullen ook meer van je beenmerg (het weefsel in je botten dat bloedcellen aanmaakt) en stamcellen (de cellen die door je beenmerg worden gemaakt en zich ontwikkelen tot bloedcellen) beschadigen. Daarom krijg je een beenmerg- of stamceltransplantatie om te vervangen wat er door de chemo is beschadigd.
Hoe werkt het?
Een chemokuur met hoge dosis duurt meestal vijf of zes dagen, soms langer, soms korter. Soms krijg je ook radiotherapie om eventuele achtergebleven kankercellen te doden. Als dat is gebeurd, krijg je een beenmerg- of stamceltransplantatie.
Soorten transplantatie
Bij een autologe transplantatie worden je eigen cellen gebruikt; deze worden ingevroren en weer teruggeplaatst na de behandeling met hoge dosis. Voor een autologe transplantatie worden vaak stamcellen uit het bloed gebruikt..
Bij een allogene transplantatie worden de cellen van een ander gebruikt en bij jou teruggeplaatst.
Welk type transplantatie je krijgt, is afhankelijk van veel verschillende dingen, zoals de vorm van kanker die je hebt en eventuele andere behandelingen die je al hebt gehad. Vooraf zullen je artsen en verpleegkundigen alles met je bespreken. Laat het hen weten als je vragen hebt.
Ziekenhuisverblijf
Omdat je lichaam na de transplantatie is verzwakt, blijf je enkele weken in het ziekenhuis. Je hebt dan minder kans op eventuele infecties. Het kan helpen om je kamer te versieren met foto’s of andere dingen die het gezellig maken.